James ensor oostende
Een honkvaste eenling
Het lange leven van James Ensor
Joris Van Bladel
De Belgische kunstenaar James Ensor was een moeilijk mens, maar een geniale schilder, die zich op latere leeftijd bewust ging herhalen. Eric Min schreef een biografie waarin de levensloop van Ensor in de structuur van zijn boek wordt weerspiegeld.
James Ensor () is één van de belangrijkste, zoniet de belangrijkste avantgardekunstenaar die België heeft gekend. Vanuit zijn zolderkamertje in Oostende manifesteerde hij zich in een kunstwereld die vanaf de tweede helft van de negentiende eeuw in een merkwaardige stroomversnelling terechtkwam. Met de introductie van de moderniteit in de kunst en het fenomeen van de avant-garde volgden de -ismen elkaar in snel tempo op. Adepten van het realisme, impressionisme, symbolisme, fauvisme, futurisme, kubisme, expressionisme, dadaïsme en het surrealisme schopten hard tegen de schenen van de vermaledijde traditie, het vastgeroeste establishment en de collega-kunstenaars. Duur gezworen broederschappen werden ingeruild voor diepe vetes en eindeloze scheldpartijen. Minachting en adoratie, kleinmenselijkheid en bevlogen idealisme, verzet en conformisme waren kenmerken van de extreem emotionele wereld van de bourgeois-bohemienkunstenaars
Graphic novel over de vrouwen van James Ensor
Ter gelegenheid van als Ensor-jaar in België, is niet alleen de vrij complete Ensor-biografie van Eric Min herdrukt, maar produceerde animatie-expert Jan Bultheel ook een graphic novel over de vrouwen in Ensors leven, Onze James.
In de biografie hield de informatie over Ensors moeder, zus, nichtje, tante, zijn weldoensters en een vrouw die beweerde dat Ensor beloofd had met haar te trouwen, niet over. Na het beeldverhaal was er dus plaats voor een update door Min.
De biograaf kan nog steeds weinig met zekerheid zeggen, ook niet waar Ensors op schrift beleden misogynie nu eigenlijk vandaan komt. Berucht citaat van Ensor over de vrouw:
“Een bedrieglijke sekse zonder god noch gebod, trouweloos en harteloos, poel van huichelarij, vat vol leugens en listen, modderpoel van boosaardigheid, spelonk van roverij en doodzonde, doos van Pandora, poel van ongedierte grijpdier met zuignappen en scherpe tanden, gans zonder kop, vaantje dat dartelt in zwaar weer, masker en glimlach zonder einde.”
Dit schreef Ensor ergens na , toen volgens Min het vuur van het scheppen bij de veertiger al gedoofd was. Het citaat lijkt vooral provocerend bedoeld want nog in , Ensor is dan 73, herinnert hij zich “de belangrijkste ontmoeting” van zijn
James Ensor, een biografie - Eric Min
Artikelcode :
De Oostendse schilder James Ensor () is een van de kunstenaars die de brug sloegen tussen het impressionisme en de twintigste eeuw. Hij staat vooral bekend als schilder van maskers en geraamten. Zijn werk was uitgesproken maatschappijkritisch. De bourgeoisie werd genadeloos op de korrel genomen. Deze biografie wil een portret geven van de schilder en het klimaat waarin hij leefde: het gesloten Oostendse burgerlijke milieu en de Brusselse kunstscène, waar hij met de progressieve kunstenaarsgroep Les Vingt een haat-liefdeverhouding kende. Ensor was geniaal, wist het van zichzelf, maar voelde zich niet altijd begrepen. Hij stelde zich dan ook graag als Christus voor. Maar het tij keerde: Ensor kreeg erkenning als kunstenaar, hij werd zelfs baron. Toen was het nodig om aan zijn eigen mythevorming te werken. Hij manipuleerde bewust de informatie over zijn persoon. De grote verdienste van deze biografie is dat zij als eerste, na grondig onderzoek van het bestaande bronnenmateriaal, hierop de nadruk heeft gelegd. Een schitterend portret van een uiterst complexe kunstenaar.
Uitgegeven bij Standaard Uitgeverij, Hard Cover, pagina's
James Ensor Een biografie door Eric Min.
is het Ensor-jaar en wat past er beter bij dan één nieuwe editie van de definitieve biografie geschreven door Eric Min.
Een rebelse belhamel? Een geniale kankeraar? Een mens met een handleiding? James Ensor () was het allemaal: baron en bohemien, middenstander en misverstand, een peintre maudit die de wereld bespiedde van uit zijn ivoren toren in Oostende en asiel zocht in de Brusselse salons.
Biograaf Eric Min toont dat er meer is tussen stilleven en zelfportret.
James Ensor () is een lastige klant. Een dagboek heeft hij niet bijgehouden; naast enkele essays en talloze toespraken is de stapel brieven die hij schreef zowat alles wat tot ons is gekomen, samen met zijn indrukwekkende oeuvre van ongeveer achthonderdvijftig schilderijen, meer dan honderd etsen en duizenden tekeningen de oogst van een traag, lang leven tussen rand en krabbenmand. Als geen ander heeft Ensor zijn eigen legende gecreëerd; hij vertelde nogal eens een leugentje om bestwil, strooide verhalen in het rond en veegde andere onder het tapijt. Hij gaf zijn eigen postumiteit vorm alsof het een schilderij was. Zijn biografie moest en zou een geflatteerd zelfportret zijn. Ensors bewonderaars en groupies schreven hooguit fragmenten van een hagiografie bijeen. Me
Stretto Magazine voor kunst, geschiedenis, filosofie, literatuur en muziek.
, was een belangrijk jaar met een aantal tentoonstellingen van Ensors werk. Het was dan nl. jaar geleden dat de schilder in Oostende werd geboren. Volgend jaar zal het 75 jaar geleden zijn dat James Sidney Edouard Ensor () er overleed. Het Ensorjaar , brengt dan ook een eerbetoon aan de Belgisch/Vlaamse meester, vernieuwer, inspirator en complexe persoonlijkheid. Een rebelse belhamel, een deugniet of/en een in de adelstand verheven, geniale kankeraar? Lees er alles over in de nieuwe (derde) editie van de nu definitieve biografie van de schilder van Eric Min, en bekijk het met de originele graphic novel tekeningen van Jan Bultheel, aan de vooravond van het Ensorjaar
Tegen het einde van de 19de eeuw was België één van de meest geïndustrialiseerde landen ter wereld. Vooral het noorden van het land, Vlaanderen, waar bossen met fabrieksschoorstenen, stinkende rook uitstootten en arbeiders samengepropt zaten in smerige sloppenwijken. Geen wonder dat kunstenaars als Emile Claus in zijn Villa Zonneschijn in Astene, Valerius De Saedeleer, George Minne en Gustave Van de Woestyne, na de periode van het realisme, de Scholen van Tervuren, Dendermonde en Kalmthout, Les XX en La Libre Esthétiqu